Het is letterlijk zo dat de dood plaatsvindt in het leven, leven gaat altijd door…
Het gaat door als één mens sterft en het gaat door als er honderden mensen sterven. Dat is barmhartigheid in onbarmhartigheid. Dood brengt een einde en wat en of er daarna nog iets is, kan niemand ons vertellen. Het is onherroepelijk, onbegrijpelijk en ongrijpbaar en pijnlijk. Het betekent afscheid en verdriet. Maar ook afscheid hoort bij leven.
Het lichaam is niet meer, dat is duidelijk. Toch is er iets dat groter is dan alleen dat lichaam. Dat kan ontdekt worden tijdens leven. Er is iets waarin het lichaam kan functioneren, iets dat niet zichtbaar, maar wel ervaarbaar is. Het is dat wat Zijn genoemd wordt. Dat waarin je je totaal opgenomen kunt voelen. Het wezenlijke, dat wat onverkrampt en grenzenloos is.
Als dat gevonden wordt verschuift, energetisch, het kleine (persoonlijkheid, het verkrampte) naar het grote. Dood is dan niet langer alleen een einde, dan kan worden gezien dat er alleen Leven is. Dood is het einde van een persoon, maar niet van de levensstroom. Het is die levensstroom dat het wezen van iemand zichtbaar maakt.
Dat wat altijd WAS, IS en zal ZIJN.
*Carla van Hooff*